Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zoekt [57]in het boek des HEEREN, en leest; [58]niet een van dezen zal er feilen, [59]het een noch het ander zal men missen; want [60]mijn mond zelf heeft het geboden, en [61]Zijn Geest Zelf [62]zal ze samenbrengen. 57. Hebreeuws, uit; dat is, in, of uit het boek dezer profetieen, die ik uit het bevel des Heeren beschrijf. 58. Te weten, zaken, of voorverhaalde wilde dieren. 59. Hebreeuws, de vrouw [met] hare vriending; gelijk boven vs.15. 60. Dit spreekt de Heere. 61. Te weten des Heeren. Dit spreekt de profeet. Anders: de mond [des HEEREN]. 62. Te weten de bovenverhaalde dieren en vogels.